Geschiedenis

Een stroopwafel (eigenlijk: siroopwafel) is een koek, die bestaat uit twee ronde deegwafelhelften, met ruitpatroon, waartussen zoete stroop is aangebracht.

Na het bakken wordt een deegwafel in de langsrichting doormidden gesneden. Eén helft wordt met de stroop ingesmeerd, waarna de andere helft erop wordt gelegd. (Overigens het oudst bekende recept - de Kamphuysen siroopwafel - beschrijft een siroopwafel die bestaat uit twee krokante koeken die door middel van siroop op elkaar gekleefd worden.) 

De echte stroopwafels werden voor het eerst gemaakt rond 1810 te Gouda, vandaar dat de Goudse wafels bekend zijn. Stroopwafels werden in die tijd gemaakt van oude koeksnippers, deegresten en stroop en waren daardoor erg goedkoop. 

Ze werden in de 19e eeuw dan ook wel armenkoeken genoemd. Vanaf 1870 werden de Goudse stroopwafels niet alleen in Gouda, maar ook elders vervaardigd. Ook de kruimels van de afgesneden randen en mislukte koeken (ook wel snippers genoemd) zijn in zakjes te koop. De Goudse wafels worden ook op straat verkocht. 

Stroopwafels worden ook in het buitenland gegeten. Ze zijn vaak in supermarkten te koop of in speciale winkels. Vaak zijn de stroopwafels in het buitenland kleiner en duurder dan in Nederland.

Bron: Wikipedia